Wat is scheelzien?
Je hebt ze in allerlei kleuren, blauwe ogen, groene ogen, bruine ogen, lachende ogen, dus blij of verdrietig, misschien zelfs verliefde ogen. Je hebt grote ogen, smalle ogen, uitpuilende ogen, ogen met brillen, maar je hebt ook... ogen die scheel staan.
Meteen even wat weetjes, scheelzien is één woord. Het komt vooral voor bij jonge kinderen tussen de 2 en 4 jaar. Soms word je ermee geboren. Scheelzien staat op de tweede plaats van de meest voorkomende oogaandoeningen bij kinderen. En op de eerste plaats staat het dragen van een bril.
Joy is al een keer geopereerd, hè? Ja, ze keek al scheel toen ze geboren werd. En met anderhalf jaar is ze in Rotterdam geopereerd. Toen is ze constant op controle geweest. Dat ging allemaal goed. En nu hebben ze gezegd dat ze weer geopereerd mag worden omdat haar oogjes wat schever zijn gaan staan.
Op zich goed nieuws, maar wat vind je het vervelendste aan je ogen?
Als kinderen iets vragen. Wat vragen ze dan? Ben je blind?
Nee! Dat zeggen ze tegen je? Dat je blind bent.
Dat is wel vervelend, hè. We hebben thuis altijd gezegd: Iedereen heeft iets anders. Mama heeft scheve tanden. Wat heeft papa scheef? Neus. Wat heeft Senna scheef, je zusje? Haar hoofd. Ja, zo hebben we allemaal wel iets anders.
Ik heb scheve knieën. Iedereen heeft wel iets scheefs.
Om te begrijpen wat er precies aan de hand is bij scheelzien, moet je eerst snappen hoe het oog werkt. Dit zijn je ogen. Het zijn eigenlijk bollen. Dat zie je hier ook. En aan de achterkant van je oog zit het netvlies. Alles wat je ziet wordt eerst afgebeeld, geprojecteerd, op je netvlies en doorgestuurd naar de hersenen. Zodat je snapt wat je ziet. Aan de voorkant van het oog zit het hoornvlies. En daarachter de iris, in dit geval blauw. Net als bij mij, maar het kan bijvoorbeeld ook bruin zijn. En daarachter zit de ooglens. En dat zwarte gaatje, in het midden van je oog, dat is je pupil. Superbelangrijk, zit er natuurlijk niet voor niets. Want via je pupil komt het licht van buiten je oog binnen. Dat heb je nodig om te kunnen zien. Daarvoor moet het hoornvlies glashelder zijn, net als de ooglens. En alles moet precies afgesteld zijn om scherp te kunnen zien.
En als die beelden die binnenkomen op je netvlies staan eerst op z'n kop. Via de oogzenuw worden ze doorgestuurd naar de hersenen. Daar worden de beelden omgedraaid, zodat je recht ziet. Gelukkig maar, want anders word je knettergek.
Maar we hebben natuurlijk wel twee ogen. Elk oog ziet ietsje anders. Maar dat geeft niet, de hersenen leggen de beelden op elkaar en daardoor zie je heel goed scherpte en diepte. Alleen als we scheelzien hebben we een probleem. Dan lukt het de hersenen niet om de beelden op elkaar te zetten. Dan zie je niet meer goed scherp en niet goed diepte.
Hoe komt dat dan? Elk oog wordt aangestuurd door zes oogspieren. Vier rechte, eentje aan de bovenkant, eentje aan de onderkant, eentje links. En eentje rechts. En daarnaast hebben we ook nog twee schuine oogspieren. Hier eentje aan de bovenkant. En hier een aan de onderkant.
En hoe werken die spieren dan precies? Door die rechte oogspieren kun je het oog makkelijk naar boven bewegen. Of naar beneden, of naar links. Of naar rechts. Maar dan heb je ook nog die schuine oogspieren en die zorgen dat je schuin naar boven kan, of schuin naar beneden. En als al die spieren goed samenwerken, kun je bijvoorbeeld een eyeroll doen. Ja en dan kun je goed diepte zien en de hele wereld in 3D. Dus, eh, dat is top.
Als je scheelkijkt, werken de oogspieren niet goed samen. Hier zie je de oogspieren weer. En als bijvoorbeeld je buitenste oogspier een beetje te zwak is, dan draait het oog naar binnen. En kijk je scheel naar binnen. Dus je ene oog kijkt naar iets anders dan het andere oog. Klopt. De hersenen krijgen daardoor twee beelden binnen die niet bij elkaar passen. Eén beeld wordt weggegooid en het ene oog gaat steeds slechter zien.
En als je scheel bent, zie je dan ook altijd dubbel? Dat hoeft niet, want er is dus één beeld weggegooid, maar dat ene oog dat scheelkijkt en niet meekijkt, die gaat steeds slechter zien en wordt steeds luier. En daarom wordt het goede oog afgeplakt. Inderdaad. Om het luie oog te trainen.