Na de dood van Anne Frank
In februari 1945 zijn Anne en Margot in kamp Bergen-Belsen gestorven. Maar hoe liep het af met hun ouders Edith en Otto Frank en met Peter? In januari 1945, als Auschwitz wordt ontruimd door de kampleiding, moet Peter mee in een zogenaamde dodenmars. Na een barre tocht komt hij terecht in het concentratiekamp Mauthausen. Hij wordt ziek en sterft daar vijf dagen na de bevrijding op 10 mei 1945. Anne's moeder Edith sterft in Auschwitz door ziekte en uitputting. Op 6 januari 1945, drie weken voor de bevrijding van het kamp. Otto Frank is de enige van de acht onderduikers die de Holocaust overleeft. Als Auschwitz op 27 januari 1945 wordt bevrijd, ligt hij ernstig verzwakt in de ziekenbarak. Na een lange reis komt Otto Frank begin juni 1945 terug in Amsterdam. Na de oorlog zorgde hij ervoor dat het dagboek van zijn dochter Anne als boek verschijnt. Otto Frank sterft uiteindelijk in 1980, als hij 91 jaar is. Van de 107.000 Joden die door de nazi's uit Nederland waren afgevoerd, zijn er maar vijfduizend teruggekeerd naar huis. De cijfers zijn keihard. Ongeveer driekwart van de Joden in Nederland heeft de Tweede Wereldoorlog niet overleefd. Joden die uit de kampen terugkeren, komen er thuis vaak achter dat er iemand anders in hun huis woont en dat al hun spullen zijn gestolen. Ze moeten helemaal opnieuw beginnen. Na de oorlog is geprobeerd de nazikopstukken en kampbeul voor de rechter te brengen en veroordeeld te krijgen. Soms lukte dat en werd een oorlogsmisdadiger veroordeeld tot de dood of tot een hoge celstraf. Maar velen wisten de dans te ontspringen en vluchtten bijvoorbeeld naar een land in Zuid-Amerika, waar ze zich de rest van hun leven schuil hielden. Omdat we nooit mogen vergeten wat er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd, zijn er ook veel herdenkingsplaatsen en musea opgericht. Ook concentratiekampen zijn soms nog te bezoeken. Als je er loopt voel je de geschiedenis waarin ook een heel gewoon meisje zoals Anne zomaar ineens terecht kon komen.