Wie was Maarten Luther?
Ik ga dood, haal een priester. Voor vergiffenis, voor mijn zonden. Kalm liefste, kalm! Zo, daar ben ik al. Hier is de priester. Dat is snel, eerwaarde... Luther. Mijn naam is Maarten Luther, predikant. Laat mij biechten. Ik moet biechten. Ik ben bij u, nu kunt u biechten. Dan kan ik u een boete opleggen zodat uw zonden zijn vergeven. Gaat u niet naar de hel. Godzijdank. Nou daar gaat ie dan. Niet schrikken, duifje. Nee liefste. Wij zijn al zo lang samen. Mijn hele leven lang heb ik iedereen bedrogen en bestolen en opgelicht. Ik had altijd overal geheime vriendinnen, de ene na de andere, soms drie tegelijk en niemand wist ervan. Richard?! Maar die vriendinnen waren natuurlijk hartstikke duur, dus toen moest ik wel mensen gaan oplichten en bestelen. Die vriendinnen, die kregen ook nog geheime kinderen van mij en die moest ik ook nog onderhouden. Dus toen moest ik nog meer mensen bestelen. Allemaal zeer slim dit. Verschrikkelijk! Vreselijk! Enfin. Dat is het. Euh vergiffenis. Euh, ik wil betalen. U heeft veel te veel gezondigd. U verdient helemaal geen plek in de hemel. Maar ik betaal toch? Hier, kijk. Ik heb hier heel veel geld. Daar kun je een complete kerk van kopen. Maar dit kan toch niet? Moet je nog meer? Afzettertje, geef maar aan de paus. Kom op met je absolutie, dan kan ik tsjaka naar de hemel. Maar dit is allemaal zo erg! Omdat u toevallig rijk bent, denkt u zomaar alles af te kunnen kopen? En die arme mensen dan? Die arme mensen kunnen branden in de hel. Da's toch logisch? Nee, ik vertikt het. Het kan zo niet langer. Wat zullen we nou krijgen? Dit moet afgelopen zijn. Ik ga de kerk hervormen. Dan gooien ze je uit de kerk. Ha dan sticht ik een nieuwe kerk. Een heerlijke kerk. De kerk van Luther. Ze zullen je gevangenzetten. Hier sta ik, ik kan niet anders. Zou Helpe mij God almachtig. En mijn absolutie dan? Oplichter! Hallo! Haal een andere priester die niet zo moeilijk doet. Doe het lekker zelf. Schatje wat is er, ben je nou boos? Stik er maar in Richard. Nou zeg, dat is allemaal de schuld van die vervelende Maarten Luther.