Hoe maak je cupcakes voor vogels?
Ik ben vandaag in Maartensdijk. En in een van deze huizen woont Floris. Floris wil meedoen aan de Nationale Vogeltelling. Dat is een superleuk plan natuurlijk. Alleen, we hebben een probleempje. Hij mailde ons dat hij vorig jaar geen enkele vogel zag. Nul, noppes, nada. Ja, dat kan natuurlijk niet. Het is hoog tijd voor de Groene Guerrilla. Ja, ik snap het wel: alleen maar steen. Moet je hier kijken! Geen enkel beschut plekje voor die vogels. En dan hoor je ook nog die harde muziek. Ik snap het wel, als vogel zou ik ook een blokje omvliegen. Floris? Ja? Hai. Jij stuurde ons een mailtje, toch? Ja. Mag ik even bij je binnenkomen? Ja. Natuurlijk. Want wat was jouw probleem? Er komen geen vogels in de tuin. Nou... en dat wil je wel. Ja. Waar houden vogels het meeste van? Van wormpjes. Wormpjes. Ja, zullen we kijken of we een wormpje kunnen vinden? Dat gaat denk ik niet. Dit is nepgras. Oke, ja. Ja, nee, dat is niet handig. Deze tegels dan? Daar is ook geen wormpje in te vinden. Geen voedsel voor die vogeltjes, he. Nee. Oke. Zullen wij ervoor zorgen dat die vogeltjes hier kunnen smikkelen? Ja. Goed plan. Oke Floris, wat ik heb bedacht om te maken, zijn...vogelcupcakes. Wat gaan we gebruiken? Nou, nootjes, besjes. Ja. Ja, pindaatjes. Vet. Zonnebloempitten. Eigenlijk allemaal dingen wat vogeltjes superlekker vinden. Ja. Oke, als eerste gaan we het vet smelten. Vertel eens effe, want jij wil niet zomaar heel veel vogels in je tuin, toch? Nee. Ik doe het voor de vogeltelling. Wat is dat precies? Nou, dan ga je vogels stellen, hoeveel er in je tuin komen. Waarom is dat goed om te weten? Zodat je weet of er nog genoeg vogels zijn. Wat voor vogels zie je dan meestal? Nou, het meest merels, huismussen. Soms een zwaluw. Mezen ook. Wat voor vogels zou je heel graag willen zien, maar die je nog niet hebt gezien? De ekster. Weet je waar eksters van houden? Nee. Glimmende dingen. Echt? Ja. Dan ga ik muntjes in de tuin leggen. Precies. Allemaal diamantjes en muntjes, daar komen ze wel op af. Mmm...Mmm...Ik denk dat ik ze allemaal ga opeten(!)Nee, het is voor de vogels. O ja, oke. Nu gaan we ze in de koelkast zitten. Mmm...Toch wel lekker, dat wachten. Tada! Ze zijn afgekoeld. Wauw, wat goed, Floris! Ze zijn ook hard geworden. Het vet wat je nog over hebt, daar kun je 'n lekkere topping van maken. Kijk. Ik zou het wel weten als ik een vogeltje was. Zullen we een besje proeven? Je wil een besje proeven? Ja. Ik dacht dat ze die voor de vogels waren. Ja, maar ik kan ook fluiten. Oke, ja, dan mag het wel. Mm. Dat ziet er lekker uit. Ja. Het is gewoon gekleurde slagroom. Wil jij het proeven? Ja hoor. Ik durf het niet. Oe...Mm, lekker. Als het regent, dan kunnen de vogels onder het parapluutje zitten. Pindaslingers! 1, 2...Kijk, ze komen al. Ja. Als wij straks weg zijn, dan komen die vogels gewoon hiernaartoe. Om lekker hier...Een vogelfeest. ...een vogelfeest te houden. Zo. Floris, kijk daar! Er zitten allemaal vogels in de boom. Dat komt wel goed, hoor. Oke, Floris. Hebben we alles voor de gasten? Hebben we lekker eten? Ja. We hebben water. Lekker drinken. We hebben slingers. Ja. Het is gezellig. Eh, ik heb er nog twee over, wat doen we daarmee? Zullen we die stiekem bij de buurvrouw plaatsen? Oe...Zachtjes he, Floris. Kom...Kom Manon, snel, kom mee.